Wende: 'Mijn zoontje durfde ineens niet meer in het vliegtuig, om deze bizarre reden'

In dit artikel:

Wende, moeder van een dochter (9) en een zoon (7), merkte dat haar kinderen verschillend rouwden nadat haar vader voor de vakantie was overleden. Haar dochter zocht het gesprek en keek graag naar foto’s; haar zoon trok zich juist terug. Tijdens de gebruikelijke vliegreis, iets wat hij al zes keer zonder problemen had gedaan, begon hij opeens bij de gate hevig te huilen en in paniek te raken. Pas in het vliegtuig bleek waarom: hij had Wende gehoord zeggen dat dode mensen naar de hemel gaan en dat die “heel hoog in de lucht” zit. Hij was ervan overtuigd dat je vanuit het vliegtuig dode mensen zou kunnen zien omdat zij ook “hoog de lucht in gaan”.

Wende had niet gedacht dat haar woorden zo letterlijk zouden worden opgevat en realiseerde zich niet dat hij het had gehoord. Nadat ze hem ervan had verzekerd dat dat niet kon en dat eerdere vluchten ook geen dode mensen hadden laten zien, kalmeerde hij. Het voorval illustreert hoe kinderen rouw en spreken over de dood concreet en soms angstaanjagend kunnen interpreteren. Belangrijke lessen zijn om taal aan de leeftijd aan te passen, na te vragen wat kinderen hebben begrepen en hen gerust te stellen bij concrete angsten.