Deborah kreeg een postnatale depressie: 'Genieten? Ik voelde paniek, schuld en een diepe leegte'
In dit artikel:
Deborah (30), moeder van Jake (3) en Cody (1), vertelt open over haar worsteling met de periode na de bevalling en haar herstel van een postnatale depressie. Waar omstanders haar berichtten hoe mooi en intens die eerste weken zouden zijn, voelde zij vooral een zware, wazige leegte: paniek, schuldgevoel en het idee constant tekort te schieten.
De dagelijkse routine werd een eindeloze cyclus van voeden, verschonen en kolven, doorbroken door veel huilen — vaak meer van haar dan van de baby. Het niet kunnen geven van borstvoeding raakte haar diep; iets wat zij als wezenlijk en intiem had voorgesteld, voelde juist als een persoonlijke mislukking. Dagen en nachten liepen in elkaar over, zonder duidelijke momenten van opluchting, waardoor haar zelfvertrouwen als moeder steeds verder afnam.
Soms wenste ze “even te verdwijnen”, niet meer te hoeven voelen of denken. Dat maakte de schuld groter: ze hield van haar kind, wist dat ze alles wilde geven, maar merkte dat het gevoel dat ze daarvan verwachtte uitbleef. Haar man fungeerde als steunpilaar—hij nam taken over en benadrukte dat ze het samen deden—maar de stilte en het isolement in haar hoofd bleven overheersen.
Er kwam geen plotseling omslagmoment; herstel verliep traag, met dagen en nachten die simpelweg moesten worden doorstaan. Deborah benadrukt dat blijven, ook als het licht ver weg lijkt, soms het enige was dat mogelijk was.
Korte context: wat vaak afgedaan wordt als “kraamtranen” kan in werkelijkheid een ernstigere postnatale depressie zijn, die meer vraagt dan tijd alleen. Hulp zoeken — bij de huisarts, partner, familie of gespecialiseerde instanties — kan cruciaal zijn. Deborah deelt haar verhaal verder online en belicht zo de noodzaak van erkenning en steun voor vrouwen die na de bevalling worstelen.