De klok achteruit; zo help je je kind door deze 'mini-jetlag'
In dit artikel:
Komende zondag gaat de klok een uur terug en voor jonge kinderen voelt dat vaak als een mini-jetlag: ze worden vroeger wakker, dutjes vallen vreemd en het hele dagritme raakt even in de war. Sanne Vermijs — moeder, ex-verpleegkundige, KLM-stewardess en kinderslaapcoach — legt uit waarom en geeft praktische tips om de overgang naar de wintertijd soepeler te maken.
Kies één aanpak: meteen omschakelen of geleidelijk. Een belangrijke vuistregel: begin de dag vóór 06.00 (nieuwe tijd) niet actief — geen lampen, geen ontbijt, geen tv — zodat je kind leert dat het nog nacht is. Licht is cruciaal: veel ochtenddaglicht (gordijnen open, even naar buiten) helpt het biologische ritme te resetten. ’s Avonds juist het omgekeerde: dimmen van licht en geen schermen ruim een uur voor bedtijd bevorderen de aanmaak van melatonine, het slaaphormoon dat door blauw licht wordt geremd.
Richt je minder op kloktijden en meer op slaapdruk: als je kind eerder moe is, is een kwartier vroeger naar bed prima; te lang wakker houden om “het ritme te redden” werkt averechts en veroorzaakt oververmoeidheid. Houd de avondroutine voorspelbaar (bad, pyjama, verhaaltje, dimmen) voor rust en veiligheid; extra knuffels helpen bij onrust.
Praktische aanvullingen: ochtendlicht zo snel mogelijk pakken; beweging en frisse lucht overdag — ook korte wandelingetjes of een speeltuinbezoek — helpen ’s avonds makkelijker inslapen; vanaf circa twee jaar kan een slaaptrainer gebruikt worden om het opstaan geleidelijk te verschuiven; wordt je kind extreem vroeg wakker, houd het dan rustig en donker tot een aangewezen tijd.
De meeste kinderen passen binnen enkele dagen aan. Sanne benadrukt dat het tijdelijk is en dat kleine, consistente aanpassingen veel effect hebben.